De meeste informatie op deze pagina lijkt vanzelfsprekend, maar dat blijkt in de praktijk niet het geval. Vandaar nogmaals even in het kort wat tips en tricks:
Verzamel informatie over de organisatie
- Achterhaal wat de missie en de visie is van het bedrijf.
- Welke diensten/producten worden er aangeboden door de organisatie?
- Wellicht heb je zelf vragen over de organisatie. Bereid deze dan goed voor en neem deze mee op gesprek. Dit laat zien dat je daadwerkelijk geïnteresseerd bent in hun organisatie.
Verzamel informatie over de contactpersoon
- Vroeger moest je maar afwachten wat voor iemand tegenover je had tijdens het gesprek, in het internettijdperk kun je je op die persoon voorbereiden. Bekijk het profiel van je gesprekspartner op LinkedIn/Facebook/Google en kijk wat jouw aandacht trekt en probeer tijdens het gesprek daaraan te refereren.
- Kun je niet veel over de persoon vinden, maar weet je wel of het een man of een vrouw is? Bij een man formuleer je resultaat gericht en bij een vrouw heb je het ook over relaties en processen.
Verzamel informatie over de functie/opdracht
- Zorg dat je een uitgebreid functieprofiel tot je beschikking krijgt via de organisatie, het bemiddelingsbureau of via de website van de organisatie.
- Bedenk wat voor beeld jij bij de functie hebt, wat je ervan kunt verwachten en waar jouw sterke punten liggen.
- Denk ook na of de functie daadwerkelijk bij jou als persoon past.
Meenemen: diploma’s, je opdracht, een extra CV, blocnote.
- Zorg dat je alle informatie bij je hebt die je nodig denkt te hebben op het gesprek.
Vragen die je kunt verwachten
- Persoonlijke vragen. Wie ben jij? Sterke en zwakke punten? Hoe zien anderen jou? Ambities?
- Vragen over de organisatie. Welk beeld heb je van de organisatie?
- Vragen over je competenties en vaardigheden. Kun je goed luisteren? Kun je goed samenwerken?
- Flexibel. Hoe kijk jij aan tegen overwerken? Hoe kijk jij aan tegen lange reistijden?
De STAR-methodiek
- Vragen worden vaak gesteld volgens de STAR methodiek. (STAR = Situatie, Taak of rol, Actie en Resultaat.)
Welke vragen moet de sollicitant nooit vragen.
- Vragen uit onzekerheid: “Maak ik een kans?” of “Vond u dat het gesprek goed verliep?” Door zulke vragen te stellen, kom je erg onzeker over. Heb vertrouwen in jezelf en laat deze vragen achterwege.
- Financiële vragen: “Welk salaris ga ik verdienen?” of “Wat zijn de secundaire arbeidsvoorwaarden?” Begin in het eerste gesprek dus niet over je salaris en de arbeidsvoorwaarden. Je wekt hiermee de indruk niet te solliciteren naar een interessante baan, maar naar een goed salaris. Dit soort vragen stel je bij een tweede gesprek, of tijdens het arbeidsvoorwaardengesprek. Begint de werkgever er zelf over, dan kun je uiteraard wel reageren.
Oefen je sollicitatiegesprek thuis
- Oefen je sollicitatiegesprek thuis en vraag om feedback van personen met wie je het gesprek oefent.
- Punten waarop je kunt letten zijn: houding, spraak, opbouw van het gesprek (spring niet van hak op de tak).
- Let hierbij op punten die je kunt verbeteren, maar vergeet zeker niet de punten die goed gaan.
Uiterlijke verzorging
- Pas je kleding aan op de bedrijfscultuur van de organisatie.
Waar vindt het gesprek plaats
- Weet waar het gesprek plaats vindt en zoek uit hoe je hier moet komen.
- Zorg dat je 10 minuten van tevoren aanwezig bent.
Zit goed in je vel
- Zorg dat je fris bij het gesprek aankomt.
Wees jezelf
- Doe je zelf niet anders voor als wie je bent. Je komt dan tijdens het sollicitatiegesprek zelfverzekerder en sterker over.
